11-03-2025
2025 - Richard Pex kiest samen met Anouck Preda voor een hoofdzakelijk Belgisch programma



Sinds Richard Pex in 2022 zijn de rallysport ontdekte, is de Nederlander uitgegroeid tot een vertrouwde verschijning op de Belgische rallywegen. We spraken met Richard, die met veel enthousiasme vooruitblikte op het seizoen 2024 en zijn plannen voor 2025 deelde.
"Het afgelopen seizoen was een fantastisch rally-jaar met heel wat verschillende wedstrijden, voornamelijk in België. We namen deel aan 20 koersen en haalden tot onze tevredenheid 18 keer de finish. Een hoogtepunt was zonder twijfel onze derde plaats bij de Masters in het BRC. De kalender was goed gevuld," vertelt Richard opgewekt. "Rallyrijden is ontzettend leuk en ik geloof dat je iets dat je graag doet en waarin je wilt groeien, regelmatig moet beoefenen om beter te worden."
Sinds eind 2024 rijdt Richard met Anouck Preda, zijn Vlaamse copilote, en hun samenwerking verloopt uitstekend. "Anouck is ontzettend gedreven en gepassioneerd. Het lijkt wel alsof rally haar leven is. Haar enthousiasme werkt aanstekelijk en motiveert mij ook enorm. Ik ben ervan overtuigd dat we samen nog veel zullen leren."
Voor het seizoen 2025 willen ze zoveel mogelijk deelnemen aan VAS- en BRC-wedstrijden, en ook minstens drie wedstrijden in Nederland.
"België is gewoon hét land voor rally, met tal van wedstrijden, elk met hun eigen karakter. Bovendien is het praktisch om met een Belgische co-piloot te werken vanwege hun lokale kennis. En na de wedstrijd is het hier nog lang niet voorbij, wat de ervaring alleen maar leuker maakt," lacht de altijd sympathieke Nederlander.
"Onze ambitie is vooral om enorm te genieten van de rallysport, zo vaak mogelijk de finish te halen en op een verantwoorde manier te groeien naar een steeds hoger niveau. We hopen veel wedstrijden te rijden en het publiek en de vrijwilligers een geweldig spektakel te bieden. En natuurlijk blijven we ook rallylovers volgen!" besluit Richard.



Trefwoorden
Klik op een van volgende trefwoorden om alle artikelen te lezen : Rik Vannnieuwenhuyse